Muzelęre (m)
(with) definite article: ? [de?]any person who plays some kind of bagpipe (&c.)
Variant spelling; NB¹: Spelling in Lambrecht (1945): M[u]zelęre. NB²: Spelling in Boone (according to whom it is "encountered in 16th century dictionaries"): Muzelere.
Lambrecht, Joos: Naembouck van allen natuerlicken ende ongheschuumde vlaemsche woorden... = Vocabulaire des naturelz, & non forains motz flamengz... (Ghendt, 1562), 2nd printing: Het naembouck van 1562, Luik / Paris, 1945, p.137.
Boone, Hubert: De doedelzak. Woord vooraf door J. Van Haver en A. Doppagne… Inleiding door R. De Maeyer… Brussel, 1983, p.18.